Tsjecho-Slowakije, toen nog één land, en Noord-Hongarije (1).

  Het boeren is hier nog erg natuurvriendelijk.


MILITAIR TERREIN

Jubelend hangt een leeuwerik in de blauwe lucht. En gelijk had hij. Tussen het frisse groen omzomen witte wolken van vlierbloesemschermen de weg. De natuur barst uit zijn voegen, alle in de veel te koude lente opgekropte groeikracht bot in een keer uit. Bij Furth im Wald zijn we probleemloos de Tsjechische grens gepasseerd - paspoort tonen, geld wisselen, klaar - en fietsen nu door de bossen van Sumava, een aan het Beierse Woud grenzend natuurgebied. Na de dreunende drukte op de Beierse binnenwegen is de hoofdweg hier een oase van rust, maar zelfs een paar gammele Skoda's is ons te veel en slaan we al gauw een binnenweg in.

Op de kaart hebben we een klein weggetje door het natuurgebied ontdekt - verboden voor auto's - wat wil een fietser nog meer? Bij de afslag staat een groot bord vol moeilijke woorden in het Tsjechisch, teveel om op te zoeken in het woordenboek. Na zes schitterende kilometers van absolute stilte staan we voor een slagboom, compleet met wachthuisje en soldaat. "Nje" schudt hij, dus nee, maar hij kijkt wel ongelukkig. "Mozny Dobré Voda" proberen we en vouwen de kaart open. Hulpeloos kijkend wijzen we, hoe moeten we dan in Dobré Voda komen? "Povoleni" - permissie- mompelt de soldaat onrustig om zich heen kijkend en zijn gezicht klaart op als hij een officier ziet. Die sprak wat Duits en nje wordt nein, het is een militair oefenterrein. De les, dat militaire oefenterreinen niet op de kaart staan zullen we nog een keer moeten leren.

  Producten waren dan wel goedkoop, maar wat er te koop was, was wel erg beperkt en uit een andere tijd.


IJSJES

's Morgens vroeg om half negen rijden we Susice binnen, en wachten met z'n allen op het grote marktplein tot een van ons geld gewisseld heeft. Het is heerlijk rustig op het plein, het weinige verkeer wordt vaak in het centrum geweerd en ik bekijk de mooie statige huizen, redelijk onderhouden en niet ontsierd door moderne puien en reclames, gaaf middeleeuws haast.
De kinderen kijken naar de voorbijgangers, op weg naar school en kantoor, waarvan er velen - als ontbijt? - een ijsje lopen te likken. "Mmmm, zmrzlina", roepen ze, want dat tongbrekende woord hebben ze al lang in de slag, "mogen we er ook een?" Nu, voor 18 cent hoef je je om een meer of minder niet druk te maken! Likkend lopen we nog even rond het marktplein, kopen voor 80 cent twee grote broden bij de pekarstvi en ontdekken een fietswinkel. Een complete racefiets voor 200 gulden, een leren zadel voor zeven! Fietstassen, derailleurs, tandwielen, fietskleding, alles made in CS en gruwelijk goedkoop. Jammer, de winkel gaat pas om 10 uur open, net als de meeste grote staatswinkels.